Wat een Opel is voor een boer…
In het kader van de beschaving maken we deze oud-Hollandsche zegswijze niet af, maar de goede verstaander heeft aan een halve zin genoeg. Toch is het tij eindelijk aan het keren voor Opel, onder meer daar waar het gaat om het merkimago. En dat werd de hoogste tijd, na jaren van krampachtige hip-vet-cool-doenerij (denk aan de introductie van de Adam) en even geldverslindende als tenenkrommende reclamecampagnes. Vergeten zijn inmiddels ook de kwaliteitsproblemen van alweer ruim een decennium geleden (het gevolg van maniakale bezuinigingsdrift van een dolgedraaide manager).
Daarom kan Opel nu weer met het volste recht zeggen: ‘It’s a German’. Waarin besloten ligt dat het gewoon goeie, degelijke auto’s zijn. Dat je die woorden met een licht ironische ondertoon laat uitspreken door voormalig en überduits topmodel Claudia Schiffer, is niets minder dan een gouden greep. Maar de Insignia-commercial van de in de businessclass gezeten zakenman die z’n autosleutel verloren is, waarna de stewardess als vanzelfsprekend alleen aan de ‘verkeerde kant’ van het gordijntje informeert of iemand toevallig een Opel-sleutel kwijt is, staat bij mij bovenaan. En dan komt nu de verrassing en de aanleiding voor deze column: het Duitse onderzoeksbureau TNS Infratest heeft vastgesteld, dat Opel thans met BMW de tweede plaats bezet in de ranglijst voor de meest gewaardeerde/sympathiekste merken. VW staat overigens bovenaan en Audi bezet de vierde plaats. Voorwaar geen slecht gezelschap.
Dit is het tastbare gevolg van de ‘Umparken im Kopf’-strategie die Opel met name ook intern heeft ingezet. Knap, want imago komt te voet en gaat te paard. Nog plezieriger is, dat met de verbetering van het imago ook de harde (verkoop)cijfers langzaam maar zeker een stijgende lijn vertonen. Zullen we ooit weer gaan beleven dat Opel jaren achtereen onwrikbaar op nummer 1 staat in Nederland? Aan de boeren zal het niet liggen. Die zijn sowieso sexier dan ooit…