De sterallures van de nieuwe Volkswagen Passat

Uit het november-nummer 2014 van Auto Review Tekst: Jaap Peters De Passat is gepromoveerd. Volkswagen ziet hem niet meer als concurrent voor auto's als de Ford Mondeo en de Peugeot 508. De Passat moet gaan duelleren met sterren, propellers en ringen. En dat zou hem best eens goed af kunnen gaan. Bij elke nieuwe generatie wordt een auto groter en luxer en wijkt hij meer af van het oermodel. De Volkswagen Passat is alweer toe aan zijn achtste generatie. Om aan te geven hoeveel er is veranderd in de 41 jaar dat de Passat onder ons is, vergelijken we het motorenaanbod. In 1973 kon je kiezen uit drie benzinemotoren: een 1.3 met 55 pk en twee 1.5-versies die 75 of 85 pk leverden. En nu? Een 1.4 TSI-benzinemotor die 125 of 150 pk levert, en dieselmotoren die in vermogen variëren van 120 tot 240 pk. Tussendoor verscheen in 2001 zelfs een Passat met acht cilinders en 280 pk. Alles moet groter, maar eigenlijk zijn de basisingrediënten van de Passat nooit veranderd: een ruime middenklasser die nooit echt sprankelt, maar wel symbool staat voor Duitse degelijkheid.

Phaeton-looks

passatachterzijkantOok nu zul je niet steil achterover slaan als je de nieuwe Passat ziet. Voor schokkende wijzigingen moet je nu eenmaal niet bij Volkswagen zijn. Toch is er wel degelijk iets veranderd. Volkswagen benadrukt dat de Passat de 'gewone' middenklasse is ontstegen. In plaats van de Ford Mondeo en de Peugeot 508, schurkt de Passat nu meer aan tegen de Mercedes C-klasse en de Audi A4. Het zijn de details die de auto bijzonder maken. Zo loopt de led-dagrijverlichting van de koplampen door in de verchroomde grille. Aan de zijkant is een subtiele vouw aangebracht, waarin ook de portiergrepen zijn verwerkt. En is het toeval dat de vorm van de achterlichten verdacht veel lijkt op die van de Phaeton? Ook binnenin werd de Passat een klasse groter. Met name de beenruimte is enorm, ook achterin. Je hebt zelfs nog voldoende ruimte voor je knieën als de voorstoelen ver naar achteren zijn geschoven. De hoofdruimte is in de sedan iets minder riant omdat de daklijn schuin afloopt, een probleem dat niet speelt bij de Variant, de stationwagon-uitvoering. passatactivedisplayOm aansluiting te vinden bij de dure Duitsers, moet de veiligheidsuitrusting op orde zijn. De Passat kan voor het eerst worden geleverd met een ‘head-up display’ en een 'active info display’ (een digitaal dashboard) in plaats van een klassiek instrumentarium. Verder heeft de Passat een systeem dat inparkeren met de caravan makkelijker maakt en kan de auto in de file zelfstandig rijden; de bestuurder moet er alleen voor zorgen dat hij zijn handen aan het stuur houdt.

Doodstil

passatzijkantAls je graag hogerop wilt, zoals de Passat, moet je comfort par excellence bieden. En dat is bijzonder goed gelukt. We zijn onderweg met de 150 pk sterke 1.4 TSI met cilinderuitschakeling, waarvan de motor vrijwel onhoorbaar is. Nooit dringt hij zich op: niet bij een koude start, niet als je snel wilt inhalen, en al helemaal niet als je met een constante snelheid van 130 km/h over de snelweg rijdt. De wind krijgt evenmin vat op de auto. Het zijn de banden die de stilte verstoren, maar ook dit geluid is niet hinderlijk. Het adaptieve DDC-onderstel is een aanrader. De verschillen tussen comfort en sportiviteit zijn hiermee vergroot. In de basis is de Passat gemaakt voor vele stille snelwegkilometers, maar in de sportstand kun je er zelfs nog heel aardig de bocht mee door. De 1.4 TSI heeft ruim voldoende vermogen voor sportieve ritten, maar de behoefte om de grenzen op te zoeken kregen we geen moment. Daarvoor is de stilte veel te fijn. We testten ook de nieuwe tweeliter biturbodieselmotor met 240 pk. Zijn prestaties zijn indrukwekkend, maar je hoort nog wel duidelijk ouderwets dieselgeluid bij het optrekken. In 6,3 seconden is de 100 km/h bereikt, vierwielaandrijving zorgt ervoor dat er weinig gripverlies optreedt en de DSG-transmissie schakelt precies op de juiste momenten. Geen vuiltje aan de lucht. Ook boven de 160 km/h komt er nog lang geen einde aan zijn krachten. Een beul van een motor, die je hevig doet verlangen naar een lang stuk Autobahn waar je onbeperkt hard mag rijden.

Niet eens heel duur

De Passat mag het dan hogerop zoeken, zijn prijs blijft verrassend laag. De goedkoopste Passat, de 1.4 TSI met 125 pk, kost 30.190 euro – dat is zelfs nog goedkoper dan de Mondeo-instapper (32.095 euro). De TDI Biturbo is het voorlopige topmodel en kost iets meer dan 50.000 euro. Maar het zijn vooral de zakelijke rijders die gepaaid moeten worden en die kijken alleen maar naar een gunstig bijtellingspercentage. Ook hierover hoeft Volkswagen zich geen zorgen te maken. Tot 1 januari zijn verschillende benzine- en dieselmotoren leverbaar met 20 procent bijtelling. Volgend jaar komt de plug-in hybride op de markt, met 218 pk en 7 procent bijtelling. De leaserijder én Volkswagen kunnen hun geluk niet op met zo'n royale overheid.

Oordeel

Volkswagen heeft recht van spreken: de Passat is daadwerkelijk de gewone middenklasse ontstegen. Zijn uiterlijk is niet opvallend, maar wel deftiger dan ooit. Dat geldt ook voor het comfort. Met name de Variant is een ruimtewonder. Dankzij snelle motoren en een (optioneel) adaptief onderstel wordt ook de sportieve rijder niet vergeten.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Verplichte velden zijn gemarkeerd met *

Protected by WP Anti Spam